Horrorfilm

Gepubliceerd op 4 december 2021 om 10:51

Tijdens de bevalling van mijn dochter heb ik geen pijnstilling gehad. Door mijn rugweeën vond ik het verschrikkelijk om te liggen. Met afschuw denk ik terug aan de momenten dat ik horizontaal moest omdat de verloskundige mijn ontsluiting wilde controleren. Op het persgedeelte na heb ik de hele bevalling staand doorgebracht. In mijn eigen bubbel zonder polonaise aan mijn lichaam. Yoga mantra's hielden mij letterlijk op de been "deze wee komt nooit meer terug", "elke wee brengt mij dichter bij mijn kindje" en "verwelkom de pijn en verzet je niet". Dat ik die laatste mantra ook toe zou passen in de eerste weken van rouw om mijn zoontje, had ik toen nooit kunnen bedenken.

 

Tijdens de eerste weken na het overlijden van onze stilgeboren zoon gebeurde het tig keer per dag: een soort elektroshock door mijn lichaam elke keer als ik werd getriggerd door een beeld, een gedachte of voorwerp. En zeker in het begin stikt het van de triggers: de box in de kamer, de wipper onder de bank, de doos met spenen in een kastje, de traktatie die al klaar stond, de muisjes in de kast, een bezoek aan de bakker waar ik tijdens mijn verlof dagelijks kwam, de babyafdeling van de hema, de marktplaats advertentie voor een nieuwe tripp trapp, cadeaus die ik kreeg voor mijn verlof, het restaurant waar ik in mijn verlof nog een taartje at, de foto's op mijn telefoon, de aftelkalender voor onze dochter die midden in de kamer hing, de automatische mailing van het zwangerschapsportaal van de verloskundige met daarin de tekst: je kindje is nu één week oud, en ga zo maar door.

 

Bij iedere trigger opnieuw het besef wat niet meer is. Alsof je het moment van mededelen: "dit is de hartkamer en hier zie je normaal een kloppend hartje maar zoals je ziet klopt het niet meer, sorry ik vind het heel erg voor je, ik weet niet zo goed wat ik moet zeggen" keer op keer opnieuw beleeft. Ontelbaar veel triggers, ontelbare shockmomenten.

 

Net zo stressvol was het gepieker in mijn hoofd: waarom moest dit ons overkomen, hadden we het kunnen voorkomen, wat als ik eerder naar de verloskundige was gestapt en had aangedrongen op een CTG; had onze zoon dan nog geleefd? Waarom was ik zo naïef om erop te vertrouwen dat alles goed zou gaan?

 

En als kers op de taart, om het lekker af te maken, de filmpjes die zich steeds opnieuw afspeelden in mijn hoofd, zoals de verloskundige die geen hartslag kon vinden maar ook beelden van mijn zorgeloze verlof waar ik me achteraf -volkomen onterecht- voor schaamde. Ik zat eersterangs in mijn eigen horrorfilm en heb hem wel duizend keer gezien. Dit alles met steeds die fysieke reactie erbij; electroshock door je lichaam, knoop in je buik, tranen in je keel.


Bij de zoveelse "had ik hem niet kunnen redden, ik heb hem helemaal aan zijn lot overgelaten" gedachte en bijhorende stressreactie, ontdekte ik ineens die oude mantra. In gedachten liet ik mezelf mee voeren door het water. Je kan er niks meer aan veranderen, zei ik tegen mezelf, het is zoals het is, verzet je er niet tegen maar aanvaard, doe geen verwoede pogingen om tegen de stroom in te zwemmen, de uitkomst kan je niet veranderen. Je moet hier doorheen, de tranen moeten eruit. Accepteer de situatie en dein mee op de golven van verdriet.


Holy shit wat is dit voor zweverig gedoe, hoor ik je denken. Eigenlijk ben ik helemaal niet spiritueel. Toch hielp het mij om rustig te worden.


Wat hielp mij nog meer? Ik probeerde positief te denken. Ik wilde mezelf niet als slachtoffer zien. Ik ben niet zielig en wil geen medelijden. Er waren nog voldoende lichtpuntjes. Geluk en ongeluk gingen (en gaan) hand in hand. De eerste weken heb ik elke dag drie dingen opgeschreven waar ik dankbaar voor was. Zoals de yoghurtkusjes van mijn dochter, een goede nachtrust, mijn eerste wandeling buiten door het zonnetje met gekwetter van vogeltjes en een licht briesje en het feit dat mijn vriend en ik het over zoveel dingen eens waren. Ik probeerde me te richten op wat ik wèl had in plaats van hetgeen ik moest missen.

 

Ook ben ik meer gaan wandelen, gezonder gaan eten en begonnen met schrijven en tekenen. Ik kan me dan daarop richten, mijn hoofd is even leeg en tegelijkertijd ben ik juist heel erg bezig met hetgeen is gebeurd en zoveel pijn doet; het verlies van ons kindje.


Nee dit is allemaal niet genoeg om het gemis weg te nemen. En nee, ik accepteer nog lang niet dat ik ons mooie, voldragen kindje nooit levend in mijn armen heb kunnen sluiten. Hoe kun je dat aanvaarden? Er zijn genoeg momenten waarop ik in huilen of woede uitbarst naar aanleiding van een trigger. De zen is dan ver te zoeken. Maar als ik mezelf verlies in zo'n moment kan ik altijd terug naar de dobberstand. Met de stroom mee in plaats van vechtend ten onder.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.